OUTOFPAPUA database: Lexicons of the West Papuan language area

‘snare to catch birds’ (eng); ‘een strik om vogels te vangen’ (nld)

‘customary norms’ (eng); ‘gewoonterecht’ (nld)

‘chin’ (eng); ‘kin’ (nld)

‘ash’ (eng); ‘asch’ (nld)

‘fireplace’ (eng); ‘vuurhaard’ (nld)

‘send, command, order’ (eng); ‘zenden, opdragen, bevelen’ (nld)

‘ray’ (eng); ‘rog’ (nld)

‘charcoal’ (eng); ‘houtskool’ (nld)

‘deny’ (eng); ‘ontkennen’ (nld)

pers pron. ‘1st person singular, I, 1s’ (eng); ‘1ᵉ ps. enk., ik, 1s’ (nld)

‘get, take’ (eng); ‘halen, nemen’ (nld)

‘universe’ (eng); ‘heelal’ (nld)

‘fine’ (eng); ‘fijn’ (nld)

‘child’ (eng); ‘kind’ (nld)

‘twins’ (eng); ‘tweelingen’ (nld)

‘serves as a demonstrative pronoun in stories’ (eng); ‘doet dienst in verhalen als aanw. vnw.’ (nld)

‘ocean current’ (eng); ‘stroom in zee’ (nld)

‘certain’ (eng); ‘'n zekere, NN.’ (nld)

‘amulet’ (eng); ‘amulet’ (nld)

‘one-stringed violin’ (eng); ‘eensnarige viool’ (nld)

‘continuation’ (eng); ‘bij voortduring’ (nld)

‘iron’ (eng); ‘ijzer’ (nld)

‘dog’ (eng); ‘hond’ (nld)

‘dog flee’ (eng); ‘hondenvloo’ (nld)

‘or’ (eng); ‘of’ (nld)

‘liver’ (eng); ‘lever’ (nld)

‘give’ (eng); ‘geven’ (nld)

‘roofing’ (eng); ‘dakbedekking’ (nld)

‘beat (laundry), of a whirlabout with a rope, etc.’ (eng); ‘slaan (van waschgoed), van een tol met een touw enz’ (nld)

‘hairnet made from the arengpalm, rope made from the arengpalm’ (eng); ‘haarnet van den arenpalm, het daaruit gedraaide touw’ (nld)

‘boil’ (eng); ‘steenpuist’ (nld)

‘clear of water’ (eng); ‘helder van water’ (nld)

‘make up after a fight’ (eng); ‘het weer goed met elkaar maken na ruzie’ (nld)

‘break, breaking of ceramics’ (eng); ‘breken, stukgaan van aardewerk’ (nld)

1. ‘kiss back and forth, kiss each other’ (eng); ‘over en weer kussen, elkaar kussen’ (nld)

2. ‘smell (in positive sense)’ (eng); ‘reuk (in gunstigen zin)’ (nld)

‘shining, glimmering, sparkling’ (eng); ‘glanzend, glimmend, schitterend’ (nld)

‘molar’ (eng); ‘kies’ (nld)

‘red’ (eng); ‘rood’ (nld)

‘live as enemies, hostile’ (eng); ‘in vijandschap leven, vijandig zijn’ (nld)

‘prune shrubberies’ (eng); ‘struikgewas afkappen’ (nld)

‘covered in small wounds, pimples’ (eng); ‘met kleine wondjes, puistjes, bezet zijn’ (nld)

‘shrimp’ (eng); ‘garnaal’ (nld)

‘sago sandwich’ (eng); ‘sagobroodje’ (nld)

‘sea hibiscus’ (eng); ‘Hibiscus tiliaceus’ (nld)

‘with holes, with with crevices, hollow’ (eng); ‘met gaten, met spleten, hol zijn’ (nld)

‘concerning, regarding’ (eng); ‘betreffende, aangaande’ (nld)

‘baren, bevallen’ (nld)

‘give birth (only of humans)’ (eng); ‘baren, bevallen (alleen van menschen)’ (nld)

‘cold’ (eng); ‘'t koud hebben’ (nld)

‘itch, scratch’ (eng); ‘jeuken, krabben’ (nld)

‘mud’ (eng); ‘modder’ (nld)

‘love each other’ (eng); ‘houden van elkaar, elkaar liefhebben’ (nld)

‘round’ (eng); ‘rond zijn’ (nld)

‘round’ (eng); ‘rond’ (nld)

‘shaded’ (eng); ‘beschaduwd’ (nld)

‘white of root vegetables, bready’ (eng); ‘wit van aardvruchten, broodig’ (nld)

‘quiet, lonely’ (eng); ‘stil, eenzaam’ (nld)

‘oval, oblong, round’ (eng); ‘ovaal, langwerpig, rond’ (nld)

‘follow each other closely’ (eng); ‘elkaar op den voet volgen’ (nld)

‘engaged’ (eng); ‘verloofd zijn, trouwbelofte gegeven hebben’ (nld)

‘engaged’ (eng); ‘verloofd zijn’ (nld)

‘middle, in the middle, between’ (eng); ‘midden, te midden, tusschenin’ (nld)

‘mediocre, not big, not small’ (eng); ‘middelmatig, niet groot, niet klein’ (nld)

‘dried’ (eng); ‘opgedroogd’ (nld)

‘covered in wounds’ (eng); ‘met wonden behept zijn’ (nld)

‘sago biscuit, sago bread’ (eng); ‘sagokoek, sagobroodje’ (nld)

‘formication’ (eng); ‘slaap (mierenkriewel)’ (nld)

‘elkaar vuil maken’ (nld)

‘spotted (of animals)’ (eng); ‘gevlekt (van beesten)’ (nld)

‘people, subordinates’ (eng); ‘volk, onderhoorigen’ (nld)

‘poor eyesight due to old age, nebulous of eyes’ (eng); ‘niet goed meer kunnen zien van ouderdom, nevelachtig van oogen’ (nld)

‘space’ (eng); ‘ruimte’ (nld)

‘yawn’ (eng); ‘gapen’ (nld)

‘smooth (of objects)’ (eng); ‘glad (van voorwerpen)’ (nld)

‘light’ (eng); ‘licht’ (nld)

‘chopsticks for eating sago porridge’ (eng); ‘stokjes om sagopap te eten’ (nld)

‘sit comfortably, easily moveable’ (eng); ‘ruim zitten, gemakkelijk beweegbaar’ (nld)

‘jagged (of knives, etc.)’ (eng); ‘geschaard (van messen enz.)’ (nld)

‘far’ (eng); ‘ver’ (nld)

‘ally’ (eng); ‘bondgenoot’ (nld)

‘words in metre on the kakonti’ (eng); ‘woorden in versmaat op de kakonti’ (nld)

‘branch out’ (eng); ‘vertakken’ (nld)

‘branch, split’ (eng); ‘vertakken, splitsen’ (nld)

‘lay on, put on’ (eng); ‘leggen op, zetten op’ (nld)

‘mountain’ (eng); ‘berg’ (nld)

‘hit each other back and forth’ (eng); ‘elkaar over en weer slaan’ (nld)

‘hit each other’ (eng); ‘elkaar slaan’ (nld)

‘attic beam’ (eng); ‘zolderbalk’ (nld)

‘north’ (eng); ‘noord’ (nld)

‘forever, continuing, incessant’ (eng); ‘altijd, voortdurend, zonder ophouden’ (nld)

‘sin, harm’ (eng); ‘zonde, kwaad doen’ (nld)

‘brave, dare’ (eng); ‘dapper zjin, durven’ (nld)

‘shiver (of cold)’ (eng); ‘huiveren (van koude)’ (nld)

‘cockfighting’ (eng); ‘vechten van hanen’ (nld)

‘cockfighting’ (eng); ‘vechten van hanen met elkaar’ (nld)

‘black’ (eng); ‘zwart’ (nld)

‘chest’ (eng); ‘kist’ (nld)

‘rumbling of thunder’ (eng); ‘dondergerommel’ (nld)

‘dark’ (eng); ‘donker’ (nld)

‘later, after’ (eng); ‘later, daarna’ (nld)

‘become husband and wife, spouses, marry (of young people)’ (eng); ‘echtgenooten van elkaar worden, echtelieden zijn trouwen (van jongelui)’ (nld)

‘become spouses, marry’ (eng); ‘echtelieden worden, trouwen’ (nld)

‘speak, bring a case to the chiefs’ (eng); ‘spreken, een zaak aanbrengen voor de hoofden’ (nld)

‘chop at each other back and forth’ (eng); ‘elkaar over en weer behakken’ (nld)

‘slash back and forth with a machete, slash at each other’ (eng); ‘over en weer met een kapmes hakken, elkaar behakken’ (nld)

‘mate of animals’ (eng); ‘paren van beesten’ (nld)

‘mating of humans and animals’ (eng); ‘paren van menschen en beesten’ (nld)

‘big carrier basket, which is used by men when chopping sago with an adze etc.’ (eng); ‘groote draagkorf, die door mannen gebruikt wordt bij het sagodisselen enz.’ (nld)

‘busy planting crops’ (eng); ‘bezig zijn met gewassen aan te planten’ (nld)

‘garden, make an agricultural field’ (eng); ‘bezig zijn met tuinen, een akker maken’ (nld)

‘ask each other back and forth’ (eng); ‘elkaar over en weer vragen’ (nld)

‘ask each other back and forth’ (eng); ‘over en weer elkaar vragen’ (nld)

‘sit across from each other, stand across from each other’ (eng); ‘tegenover elkaar zitten, tegenover elkaar staan’ (nld)

‘burn, scorch’ (eng); ‘aanbranden, verzengen’ (nld)

‘lightning’ (eng); ‘bliksem’ (nld)

‘divide’ (eng); ‘verdeelen’ (nld)

‘kind of scoop net’ (eng); ‘e.s. schepnet’ (nld)

‘onion’ (eng); ‘ui’ (nld)

‘mango’ (eng); ‘mangga’ (nld)

‘tax’ (eng); ‘belasting’ (nld)

‘thus’ (eng); ‘dus, aldus’ (nld)

‘so’ (eng); ‘zoo, alzoo’ (nld)

‘border between two gardens’ (eng); ‘grens tusschen twee tuinen’ (nld)

‘face’ (eng); ‘aangezicht’ (nld)

‘eye’ (eng); ‘oog’ (nld)

‘sleepy, drowsy’ (eng); ‘slaperig, zwaar van oogen’ (nld)

‘bulging eyes’ (eng); ‘uitpuilende oogen’ (nld)

‘little, bit’ (eng); ‘een weinig, een beetje’ (nld)

‘here’ (eng); ‘hier’ (nld)

‘just as, like’ (eng); ‘evenals, zooals’ (nld)

‘lazy’ (eng); ‘lui’ (nld)

‘composed of fine pieces’ (eng); ‘uit fijne stukjes bestaande’ (nld)

‘from above’ (eng); ‘van boven’ (nld)

‘keladi’ (ind); ‘Ternate Colocasia antiquorum Schott’ (lat)

‘skinny’ (eng); ‘mager’ (nld)

‘good, beautiful’ (eng); ‘goed, mooi’ (nld)

‘upper-world, things from the upper-world, nymphs’ (eng); ‘bovenwereld, bovenwereldlingen, nimfen’ (nld)

‘rice’ (eng); ‘rijst’ (nld)

‘blue’ (eng); ‘blauw’ (nld)

‘how? why?’ (eng); ‘hoe? waarom?’ (nld)

‘why? how so?’ (eng); ‘waarom? hoedanig?’ (nld)

‘shallow of water’ (eng); ‘oendiep van water’ (nld)

‘tree’ (eng); ‘een boom’ (nld)

‘tired, exhausted’ (eng); ‘moe, afgemat’ (nld)

‘idiot’ (eng); ‘ideoot’ (nld)

‘prohibited, taboo’ (eng); ‘verboden, pamali’ (nld)

‘accident’ (eng); ‘ongeluk, ongeval’ (nld)

‘float’ (eng); ‘drijven’ (nld)

‘ridge of the roof’ (eng); ‘nok van het dak’ (nld)

‘posterior’ (eng); ‘achterste’ (nld)

‘fall, fall of a tree’ (eng); ‘vallen, omvallen van een boom’ (nld)

‘book’ (eng); ‘boek’ (nld)

‘common wood pigeon’ (eng); ‘houtduif’ (nld)

‘address for elderly women’ (eng); ‘aanspreeknaam voor bejaarde vrouwen’ (nld)

‘elderly woman, address of elderly women’ (eng); ‘bejaarde vrouw, aanspreeknaam voor bejaarde vrouwen’ (nld)

‘bracelet, ankle bracelet’ (eng); ‘armband, enkelband’ (nld)

‘cannot, not be able to, refuse’ (eng); ‘niet kunnen, niet in staat zijn, weigeren’ (nld)

‘from below’ (eng); ‘van beneden’ (nld)

‘play’ (eng); ‘spelen’ (nld)

‘Java apple species’ (eng); ‘Eugenia malaccensis L.’ (lat); ‘djamboesoort’ (nld)

‘princess’ (eng); ‘prinses’ (nld)

‘bark’ (eng); ‘blaffen’ (nld)

‘fish species’ (eng); ‘ikan lolosi’ (max); ‘e.s. visch’ (nld)

‘just, just so (of time)’ (eng); ‘pas, net (van tijd)’ (nld)

‘other’ (eng); ‘ander’ (nld)

‘withered (of plants)’ (eng); ‘verwelkt (van planten)’ (nld)

‘type of water vessel with a round keel’ (eng); ‘e.s. vaartuig met ronden kiel’ (nld)

‘Kandai-word for moon’ (eng); ‘Kandai-woord voor maan’ (nld)

‘full, deep’ (eng); ‘vol, diep’ (nld)

‘bean, peanut’ (eng); ‘boontje, aardnootje’ (nld)

‘paddle, type of paddle’ (eng); ‘pagaaien en pagaai’ (nld)

‘peel’ (eng); ‘schillen’ (nld)

‘auxiliary numeral for days’ (eng); ‘hulptelwoord voor dagen’ (nld)

‘bottle’ (eng); ‘bottel, flesch \et. Dutch’ (nld)

‘lay eggs’ (eng); ‘eieren leggen’ (nld)

‘speak’ (eng); ‘spreken’ (nld)

‘fight, war’ (eng); ‘vechten, oorlogen, oorlog’ (nld)

‘not, no’ (eng); ‘niet, neen’ (nld)

‘shake one's body’ (eng); ‘met het lichaam schudden’ (nld)

‘bamboo braiding, which is also used to make sacrifices to the wonge’ (eng); ‘bamboehorde, die ook gebruikt wordt om den wonge te offeren’ (nld)

‘become, originate, become established, in narrative style: that is, that is to say’ (eng); ‘worden, onstaan, tot stand komen, in verhalenden stijl: dat is, dat wil zeggen’ (nld)

‘rice beater’ (eng); ‘rijststamper’ (nld)

‘also, but, yet’ (eng); ‘ook, maar, toch’ (nld)

‘ebb’ (eng); ‘eb’ (nld)

‘beast, animal’ (eng); ‘beest, dier’ (nld)

‘try’ (eng); ‘probeeren’ (nld)

‘Lila, small canon’ (eng); ‘lila, klein kanon’ (nld)

‘conceal, hide objects’ (eng); ‘verbergen, verstoppen van voorwerpen’ (nld)

‘stick in the ground’ (eng); ‘in den grond steken’ (nld)

‘work with an adze, carve wood’ (eng); ‘disselen, hout bewerken’ (nld)

‘put down askew’ (eng); ‘schuin neerzetten’ (nld)

‘spit, drool’ (eng); ‘spuwen, kwijlen’ (nld)

‘idol statue (wooden head)’ (eng); ‘afgodsbeeld (houten kop)’ (nld)

‘pull fruits out of a tree with a hook or a stick’ (eng); ‘met een haak of stok vruchten van een boom aftrekken, afhaken’ (nld)

‘sea, open sea’ (eng); ‘zee, het ruime sop’ (nld)

‘hit, strike’ (eng); ‘raken, treffen’ (nld)

‘remember’ (eng); ‘zich herinneren’ (nld)

‘find, acquire, lucky, luck’ (eng); ‘vinden, verkrijgen, geluk hebben, geluk’ (nld)

‘word which forms the comparative and the superlative’ (eng); ‘woordje tot vorming van den comperatief en superlatief’ (nld)

‘tongue’ (eng); ‘tong’ (nld)

‘walk strongly stooped over’ (eng); ‘zeer sterk gebukt, voorover loopen’ (nld)

‘look up’ (eng); ‘opkijken, naar boven zien’ (nld)

‘weep, cry’ (eng); ‘weenen, huilen’ (nld)

‘wood type’ (eng); ‘Calophyllum plicipes Miq.’ (lat); ‘houtsoort’ (nld)

‘plant’ (eng); ‘planten, aanplanten’ (nld)

‘brother in law’ (eng); ‘zwager’ (nld)

‘smoke meat and fish’ (eng); ‘rooken van vleesch en visch’ (nld)

‘saying which means: to be lucky’ (eng); ‘een staande uitdrukking voor: geluk hebben’ (nld)

‘beat dirty laundry to clean it’ (eng); ‘slaan van vuil goed om het uit te wasschen’ (nld)

‘winnow’ (eng); ‘wannen’ (nld)

‘spit when chewing tobacco’ (eng); ‘spuwen met een straal bij het tabakspruimen’ (nld)

‘shin’ (eng); ‘scheenbeen’ (nld)

‘pull’ (eng); ‘trekken’ (nld)

‘carve many small cuts with a machete in bamboo etc., chop off the hair net of the areng palm and coconut palm in this manner’ (eng); ‘met de punt van een hakmes kleine, veelvuldige hakjes geven in bamboe enz., het haarnet van den aren- en kokospalm aldus afhakken’ (nld)

‘poop’ (eng); ‘poepen’ (nld)

‘nudge with one's foot’ (eng); ‘aanstooten met den voet’ (nld)

‘object of veneration, made from pandan’ (eng); ‘voorwerp van vereering, gemaakt van pandanus’ (nld)

‘carry in a cloth (e.g. a child) which is worn over the shoulder or on the back’ (eng); ‘in een doek dragen (b.v. een kind) over den schouder of op den rug’ (nld)

‘banana leaves on which food is placed’ (eng); ‘pisang- of wokabladeren, waarop het voedsel gelegd wordt’ (nld)

‘command, order’ (eng); ‘opdragen, bestellen’ (nld)

‘couch, sofa bed’ (eng); ‘zitbank, slaapbank’ (nld)

‘place’ (eng); ‘plek, plaats’ (nld)

‘let off!’ (eng); ‘laataf!’ (nld)

‘monetary fine’ (eng); ‘geldboete’ (nld)

‘relative pronoun of place, there’ (eng); ‘plaatsbep. vnw. daar’ (nld)

‘chop wood, chop bamboo’ (eng); ‘houtkappen, bamboekappen’ (nld)

‘hot, contracting’ (eng); ‘heet, samentrekkend’ (nld)

‘suckle on a breast’ (eng); ‘aan de borst zuigen’ (nld)

prep. ‘with, in’ (eng); ‘met, in’ (nld)

‘cast, throw’ (eng); ‘werpen, gooien’ (nld)

‘pee’ (eng); ‘pissen’ (nld)

‘collect, harvest, pick (fruits, to pick manually)’ (eng); ‘inzamelen, oogsten, oplezen (van vruchten, met de hand eraf halen)’ (nld)

‘lurk, look out through a window or a hole’ (eng); ‘loeren, uit een raam of door een gat kijken’ (nld)

‘earlier’ (eng); ‘vroeger’ (nld)

‘vroeger’ (nld)

‘day, sun’ (eng); ‘dag, zon’ (nld)

‘yesterday’ (eng); ‘gisteren’ (nld)

‘open, hatch’ (eng); ‘opengaan, uitkomen’ (nld)

‘self’ (eng); ‘zelf’ (nld)

‘cut open the stomach of fish, pigs, etc.’ (eng); ‘buik-opensnijden van visschen, varkens enz.’ (nld)

‘guard, beware’ (eng); ‘bewaken, oppassen’ (nld)

‘window’ (eng); ‘venster’ (nld)

‘beard’ (eng); ‘baard’ (nld)

‘horse’ (eng); ‘paard’ (nld)

‘virgin, young daughter’ (eng); ‘maagd, jonge dochter’ (nld)

‘bow’ (eng); ‘boog’ (nld)

‘enumerate, sum of something’ (eng); ‘opsommen, som van iets’ (nld)

‘gentleman’ (eng); ‘heer’ (nld)

‘hatch, development of the fruit stem (e.g. for bananas)’ (eng); ‘uitkomen, ontwikkelen van den vruchtstengel (bv. bij bananen)’ (nld)

‘sharp of knives’ (eng); ‘scherp van messen’ (nld)

‘soak’ (eng); ‘in de week zetten’ (nld)

‘quiet, calm’ (eng); ‘stil, rustig’ (nld)

‘bridge’ (eng); ‘brug’ (nld)

‘dream’ (eng); ‘droom, droomen’ (nld)

‘cigarette (rolled from the nipa leaf)’ (eng); ‘strootje, sigaret (gerold van nipablad)’ (nld)

‘grunt (of a pig)’ (eng); ‘knorren (van een varken)’ (nld)

‘only’ (eng); ‘slechts’ (nld)

‘straight, tight’ (eng); ‘recht, strak’ (nld)

‘carry on one's head’ (eng); ‘op het hoofd dragen’ (nld)

‘buy’ (eng); ‘koopen’ (nld)

‘settle, perch (of birds)’ (eng); ‘zich neerzetten, neerstrijken (van vogels)’ (nld)

‘handle’ (eng); ‘handvat’ (nld)

‘convince, request’ (eng); ‘overhalen, verzoeken’ (nld)

‘almost’ (eng); ‘bijna’ (nld)

‘wrap in, wrap’ (eng); ‘toeman’ (max); ‘inwikkelen, inpakken’ (nld)

‘earth, world’ (eng); ‘aarde, wereld’ (nld)

‘burn, burn off above a fire (of hairs, feathers, etc.), roast’ (eng); ‘verbranden, boven het vuur afbranden (van haren, veeren enz.), poffen’ (nld)

‘sit, stay, live’ (eng); ‘zitten, verblijven, wonen’ (nld)

‘walk on or over something’ (eng); ‘ergens bovenoploopen, ergens overheen loopen’ (nld)

‘walk on, walk over’ (eng); ‘bovenoploopen, bovenoverheenloopen’ (nld)

‘insert a needle, thread, thorn, pin, etc.’ (eng); ‘insteken van een naald, draad, doorn, pen enz.’ (nld)

‘hit with a fist’ (eng); ‘stompen met de vuist’ (nld)

‘shut, close a door, lid’ (eng); ‘afsluiten, dichtdoen van deur, deksel’ (nld)

‘turn over of pirogues, plates, etc. (with the hollow side down)’ (eng); ‘omkeeren van prauwen, borden enz. (met den hollen kant naar beneden)’ (nld)

‘carry something on a stick which two people carry on their shoulders’ (eng); ‘iets tusschen twee menschen aan een stok over den schouder dragen’ (nld)

‘fall asleep’ (eng); ‘sonoh’ (max); ‘inslapen’ (nld)

‘tree leaf’ (eng); ‘boomblad’ (nld)

‘hang up’ (eng); ‘ophangen’ (nld)

‘feel, fumble in the dark’ (eng); ‘tasten, voelen in het donker’ (nld)

‘bind’ (eng); ‘binden’ (nld)

‘swallow’ (eng); ‘slikken’ (nld)

‘braid mats and winnows (one up, one down)’ (eng); ‘vlechten van matten en wannen (één op, één neer)’ (nld)

‘hone, hone a bamboo stem or stick’ (eng); ‘puntig maken, aanpunten van een bamboe of stok’ (nld)

‘see, look’ (eng); ‘zien, kijken’ (nld)

‘kind of antiphonal singing on the beat of drums’ (eng); ‘e. s. v. beurtzang op maat van trom en bekken’ (nld)

‘go downstream, come from the land side to the sea’ (eng); ‘stroomafwaarts gaan, van de landzijde aan zee komen’ (nld)

‘reach the sea from the land side’ (eng); ‘aan zee aankomen van de landzijde’ (nld)

‘chief (of a village or area)’ (eng); ‘hoofd (van een dorp of landstreek)’ (nld)

‘shove, pull’ (eng); ‘schuiven, trekken’ (nld)

‘bright red viper with black spots’ (eng); ‘een vuurrood addertje met zwarte vlekken’ (nld)

‘close’ (eng); ‘nabij, dichtbij’ (nld)

‘wade, swim across’ (eng); ‘doorwaden, overzwemmen’ (nld)

‘one such truncated piece, one piece’ (eng); ‘één zoo'n afgekapt stuk, één lid’ (nld)

‘bait (for catching fish)’ (eng); ‘aas (voor de vischvangst)’ (nld)

‘areca’ (eng); ‘pinang, areek’ (nld)

‘rub in, rub off’ (eng); ‘insmeeren, afwrijven’ (nld)

‘bad, evil, ugly’ (eng); ‘slecht, kwaad, leelijk’ (nld)

‘upper plain, upper, mainsheet of the sail’ (eng); ‘bovenvlakte, bovenste, bovenschoot van het zeil’ (nld)

‘arm, hand’ (eng); ‘arm, hand’ (nld)

‘bird's nest’ (eng); ‘vogelnest’ (nld)

‘say’ (eng); ‘zeggen’ (nld)

‘hit (with a length of rattan)’ (eng); ‘slaan (met een eind rotan)’ (nld)

‘grasshopper’ (eng); ‘sprinkhaan’ (nld)

‘rafters, bottom layer’ (eng); ‘spanten, onderlaag’ (nld)

‘lever of the sink (for sago beating)’ (eng); ‘heftboom van den spoelbak (van de sagoklopperij)’ (nld)

‘lever to scoop up rinsing water’ (eng); ‘hefboom om spoelwater te scheppen’ (nld)

‘placenta’ (eng); ‘placenta’ (nld)

‘vriend, companion, guest’ (eng); ‘vriend, metgezel, gast’ (nld)

‘intend’ (eng); ‘voornemens zijn’ (nld)

‘pay’ (eng); ‘betalen’ (nld)

‘behaviour’ (eng); ‘gedrag, handelwijze’ (nld)

‘stem, culm’ (eng); ‘stam, halm’ (nld)

‘lie straight, arrange atap’ (eng); ‘recht leggen, rangschikken van atap’ (nld)

‘do, make, work, execute’ (eng); ‘doen, maken, werken, uitvoeren’ (nld)

‘want’ (eng); ‘willen’ (nld)

‘banana’ (eng); ‘banaan’ (nld)

‘heart-shaped flower bud of the pisang fruit’ (eng); ‘hartvormige bloemknop van de pisangvrucht’ (nld)

‘snuff’ (eng); ‘snuiten’ (nld)

‘open (a doorway)’ (eng); ‘opendoen (van een deuropening)’ (nld)

‘think, thought’ (eng); ‘denken, gedachte’ (nld)

‘seed’ (eng); ‘fini’ (max); ‘zaad’ (nld)

‘woman, female’ (eng); ‘vrouw, vrouwelijk’ (nld)

‘prostitute, public woman’ (eng); ‘lichtekooi, publieke vrouw’ (nld)

‘ulcer’ (eng); ‘zweer’ (nld)

‘jut out, pick out’ (eng); ‘uitsteken, uitpeuteren’ (nld)

‘fruit’ (eng); ‘vrucht’ (nld)

‘name of a tree, from which foeda (foeja, beaten tree bark) comes’ (eng); ‘Celtis sinensis Pers.’ (lat); ‘naam van een boom, waarvan de foeda (foeja, geklopte boomschors) komt’ (nld)

‘ghost’ (eng); ‘spook’ (nld)

‘star’ (eng); ‘ster’ (nld)

‘lucky bamboo, bamboo tube to cook food in’ (eng); ‘waterbamboe, bamboekoker om eten in te koken’ (nld)

‘open’ (eng); ‘openen, opendoen’ (nld)

‘conductions of bamboo, rattan etc.’ (eng); ‘geleidingen van bamboe, rotan enz.’ (nld)

‘switch sword (Mangee language) for: ankle’ (eng); ‘wisselwoord (Mangee-taal) voor: enkel’ (nld)

‘young (in years)’ (eng); ‘jong (van jaren)’ (nld)

‘light spots on the skin, skin patches’ (eng); ‘lichte plekken op de huid, huidplekken’ (nld)

‘bunch’ (eng); ‘tros’ (nld)

‘hair on the skin, feathers’ (eng); ‘huidhaar, veeren’ (nld)

‘grass, weeds’ (eng); ‘gras, onkruid’ (nld)

‘blow’ (eng); ‘blazen’ (nld)

‘opening, mouth of bamboo, bowl, basket, etc.’ (eng); ‘opening, mond van bamboe, kom, korf enz.’ (nld)

‘small, edible shellfish’ (eng); ‘kleine, eetbare schelpdieren’ (nld)

‘eyebrow’ (eng); ‘wenkbrauw’ (nld)

1. ‘forehead’ (eng); ‘voorhoofd’ (nld)

2. werkwoord. ‘nod’ (eng); ‘knikken’ (nld)

‘cut out thin things with a knife’ (eng); ‘uitsnijden met een mes van dunne dingen’ (nld)

‘new, just now, not long ago’ (eng); ‘nieuw, pas, kort geleden’ (nld)

‘odour, smell (in an unfavorable way)’ (eng); ‘lucht, geur (in ongunstigen zin)’ (nld)

‘crocodile’ (eng); ‘krokodil’ (nld)

‘debt (monetary debt)’ (eng); ‘schuld (geldschuld)’ (nld)

‘more, very’ (eng); ‘meer, zeer’ (nld)

‘game, toy’ (eng); ‘spel, speelgoed’ (nld)

‘sniff, kiss’ (eng); ‘snuiven, kussen’ (nld)

‘shoulder’ (eng); ‘schouder’ (nld)

‘floater, wings of the proa’ (eng); ‘uitleggers, vlerken van de prauw’ (nld)

‘lower leg’ (eng); ‘onderbeen’ (nld)

‘calf (of the leg)’ (eng); ‘kuit (van het been)’ (nld)

‘sister of the brother’ (eng); ‘zuster van den broer’ (nld)

‘fever’ (eng); ‘koorts’ (nld)

‘sure, certain’ (eng); ‘vast, zeker’ (nld)

‘move the eyelids apart with one's fingers, less proper act with women’ (eng); ‘met de vingers de oogleden van elkaar halen, een minder welvoeglijke handeling bij vrouwen’ (nld)

‘loosening of skin in some places, skinned’ (eng); ‘losraken van de huid op sommige plaatsen, ontveld’ (nld)

‘still feel hungry’ (eng); ‘nog trek in wat eten hebben, nog wel wat lusten’ (nld)

‘ancestors’ (eng); ‘voorouders’ (nld)

‘father of tomooe’ (eng); ‘vader van tomooe’ (nld)

‘gambier’ (eng)

‘length’ (eng); ‘lengte’ (nld)

‘just now’ (eng); ‘zooeven’ (nld)

‘entirely skinned, skin off’ (eng); ‘geheel en al ontveld, de huid eraf’ (nld)

‘slip’ (eng); ‘uitglijden’ (nld)

n. ‘salt’ (eng); ‘zout’ (nld)

‘all together’ (eng); ‘allen tezamen’ (nld)

‘together, all, everything’ (eng); ‘gezamenlijk, allen, alles’ (nld)

‘armpit’ (eng); ‘oksel’ (nld)

‘sea’ (eng); ‘zee, 't zilte nat’ (nld)

‘breadth’ (eng); ‘breedte’ (nld)

‘get knocked away by wind, get knocked away with a proa(not floating off)’ (eng); ‘door wind worden weggeslagen, met een prauw afgeslagen worden (niet afdrijven)’ (nld)

‘boiling’ (eng); ‘kokend’ (nld)

‘coconut mouse’ (eng); ‘klappermuis’ (nld)

‘chase off animals’ (eng); ‘wegjagen van beesten’ (nld)

‘sink, drown’ (eng); ‘zinken, verdrinken’ (nld)

‘continue something, persist, pursue’ (eng); ‘doorgaan met iets, aanhouden, vervolgen’ (nld)

‘field, garden’ (eng); ‘akker, tuin’ (nld)

‘core wood, bark of the leafstalks of the areng palm, from which one constructs fish traps etc.’ (eng); ‘kernhout, bast van de bladstelen van den arenpalm, waarvan men vischfuiken enz. maakt’ (nld)

‘sugar, honey’ (eng); ‘suiker, honing’ (nld)

‘porridge’ (eng); ‘pap’ (nld)

‘sheath’ (eng); ‘scheede’ (nld)

‘internal grunting of a pig’ (eng); ‘inwendig knorren van een varken’ (nld)

‘hole dug in the ground’ (eng); ‘een in den grond gegraven gat’ (nld)

‘first’ (eng); ‘eerst’ (nld)

‘start a war cry’ (eng); ‘de krijgskreet aanheffen’ (nld)

‘styles of a house’ (eng); ‘stijlen van een huis’ (nld)

‘thus’ (eng); ‘dus, aldus’ (nld)

‘fathom’ (eng); ‘vadem’ (nld)

‘snake’ (eng); ‘slang’ (nld)

‘lying mat, sleeping mat’ (eng); ‘ligmatje, slaapmatje’ (nld)

‘amulet’ (eng); ‘amulet’ (nld)

‘stick through, break open, make a hole in’ (eng); ‘doorsteken, openstooten, er een gat in maken’ (nld)

‘stick through, break open the conductions of lucky bamboo’ (eng); ‘doorsteken, openstooten van de geleidingen der waterbamboe’ (nld)

‘come, arrive’ (eng); ‘komen, aankomen’ (nld)

‘break, breaking of ceramics’ (eng); ‘breken, stukgaan van aardewerk’ (nld)

‘loan’ (eng); ‘leenen’ (nld)

‘big, very, much’ (eng); ‘groot, zeer, erg’ (nld)

‘smell’ (eng); ‘ruiken’ (nld)

‘perfect’ (eng); ‘perfectum’ (nld)

‘judge’ (eng); ‘rechter’ (nld)

‘hold, carry in one's hand’ (eng); ‘vasthouden, dragen aan de hand’ (nld)

‘coxswain’ (eng); ‘stuurman’ (nld)

‘until, on, off, and’ (eng); ‘tot, aan, uit, en’ (nld)

‘marry’ (eng); ‘trouwen’ (nld)

‘breath’ (eng); ‘adem’ (nld)

‘rob’ (eng); ‘rooven’ (nld)

‘ascent, climb’ (eng); ‘naik’ (ind); ‘stijgen, klimmen’ (nld)

‘perfect’ (eng); ‘perfect’ (nld)

‘kind of big shell’ (eng); ‘e.s. groote schelp’ (nld)

‘rise, wake up’ (eng); ‘opstaan, wakker worden’ (nld)

‘net knots’ (eng); ‘nettenknoopen’ (nld)

‘exclamation: oh, unfortunately, woe!’ (eng); ‘uitroep: ach, helaas, wee!’ (nld)

‘sharpen’ (eng); ‘slijpen’ (nld)

‘lie’ (eng); ‘liegen’ (nld)

‘breaking of wood, sago biscuits, boiled and dried fish, etc.’ (eng); ‘breken van hout, sagokoeken, gekookte en gedroogde visch enz.’ (nld)

‘carry on one's shoulder’ (eng); ‘op den schouder dragen’ (nld)

‘equal to, like’ (eng); ‘gelijk aan, als’ (nld)

‘similar’ (eng); ‘eender’ (nld)

‘grandfather’ (eng); ‘grootvader’ (nld)

‘great-grandparents’ (eng); ‘overgrootouders’ (nld)

‘great-great-grandparents’ (eng); ‘over-overgrootouders’ (nld)

‘lie on one's back’ (eng); ‘op den rug dragen’ (nld)

‘above’ (eng); ‘boven’ (nld)

‘overflow’ (eng); ‘overstroomen, bandjirren’ (nld)

‘exclamation to chase off dogs’ (eng); ‘uitroep om honden te verjagen’ (nld)

‘how many’ (eng); ‘hoeveel’ (nld)

‘bamboo flute with six holes’ (eng); ‘bamboefluit met zes gaten’ (nld)

prep. ‘of, on, with, in, at, to’ (eng); ‘van, aan, bij, in, te, op, naar’ (nld)

‘where?’ (eng); ‘waar?’ (nld)

‘there’ (eng); ‘daar’ (nld)

‘disappear’ (eng); ‘verdwijnen’ (nld)

‘numeral seven’ (eng); ‘telw. zeven’ (nld)

‘blow’ (eng); ‘waaien’ (nld)

‘bamboo sprout (edible as a vegetable)’ (eng); ‘bamboespruit (als groente eetbaar)’ (nld)

‘braided enclosure, enclosed booth, sleeping place’ (eng); ‘gevlochten omwanding, afgeschoten hokje, slaapplaats’ (nld)

‘shake, wake up’ (eng); ‘schudden, wakkermaken’ (nld)

‘peak, spear made from woka-wood’ (eng); ‘piek, speer van woka-hout’ (nld)

‘morning’ (eng); ‘morgen’ (nld)

‘early in the morning’ (eng); ‘'s morgens vroeg’ (nld)

‘punishment’ (eng); ‘straf’ (nld)

‘do the dishes’ (eng); ‘afwasschen (van vaatwerk)’ (nld)

‘ten’ (eng); ‘tien’ (nld)

‘tien’ (nld)

‘sick, pain’ (eng); ‘ziek, pijn’ (nld)

‘exclamation to chase off pigs’ (eng); ‘uitroep om varkens te verjagen’ (nld)

‘under, below’ (eng); ‘onder, beneden’ (nld)

‘get out, loosen, open’ (eng); ‘eruit doen, losmaken, opendoen’ (nld)

‘bamboo-sago adze’ (eng); ‘de bamboe-sagodissel’ (nld)

‘sago adze’ (eng); ‘sagodissel’ (nld)

‘on the land side’ (eng); ‘aan de landzijde’ (nld)

‘betel’ (eng); ‘sirih, betel’ (nld)

‘quick, fast’ (eng); ‘vlug, snel’ (nld)

‘coconut shell’ (eng); ‘klapperdop’ (nld)

‘wood type’ (eng); ‘kajoe tenang’ (max); ‘houtsoort’ (nld)

‘two’ (eng); ‘twee’ (nld)

‘plank’ (eng); ‘plank’ (nld)

‘yes!’ (eng); ‘ja!’ (nld)

‘tail’ (eng); ‘staart’ (nld)

‘sneak, sneak up on’ (eng); ‘sluipen, besluipen’ (nld)

‘container, made from the leaf sheath of a sago palm’ (eng); ‘bak, gemaakt van de bladscheede van den sagopalm’ (nld)

‘mother, main, biggest’ (eng); ‘moeder, voornaamste, grootste’ (nld)

‘carry in one's hand’ (eng); ‘in de hand dragen’ (nld)

‘drink’ (eng); ‘drinken’ (nld)

pers pron. ‘third person singular masculine and feminine, he, she, 3s’ (eng); ‘3ᵉ ps. enk. mann. en vr. hij, zij’ (nld)

‘ring finger’ (eng); ‘ringvinger’ (nld)

‘pink’ (eng); ‘pink’ (nld)

‘youngest’ (eng); ‘jongste’ (nld)

‘dish, skim’ (eng); ‘opscheppen, afschuimen’ (nld)

‘pigsty, cave, only consisting of four walls’ (eng); ‘varkenshok, kooi, alleen bestaande uit vier wanden’ (nld)

‘put in, fill’ (eng); ‘indoen, vullen’ (nld)

‘meat, content, juice, breastmilk’ (eng); ‘vleesch, inhoud, sap, zog’ (nld)

‘plush, itchy surface of bamboo’ (eng); ‘pluche, jeukerige oppervlakte van bamboe’ (nld)

‘feel in the dark, carefully feel one's way to not walk into something’ (eng); ‘tasten in het donker, voorzichtig voelen om nergens tegenaan te loopen’ (nld)

‘winnow’ (eng); ‘wannen’ (nld)

‘spread out, apart’ (eng); ‘verspreid, uit elkaar’ (nld)

‘far’ (eng); ‘ver’ (nld)

‘yonder, very far’ (eng); ‘ginder, heel ver’ (nld)

‘dandle, shake’ (eng); ‘wippen, schudden’ (nld)

‘yikes! disgusting!’ (eng); ‘bah! jakkes! vies!’ (nld)

‘white’ (eng); ‘wit’ (nld)

‘pursue (people)’ (eng); ‘vervolgen (van menschen)’ (nld)

‘invulnerable, not be able to get hit’ (eng); ‘onkwetsbaar, niet kunnen getroffen worden’ (nld)

‘take, put of somewhere, guide, escort’ (eng); ‘opnemen, ergens opzetten, begeleiden, escorteeren’ (nld)

‘shield’ (eng); ‘schild’ (nld)

‘red’ (eng); ‘rood’ (nld)

‘clean, clear, white’ (eng); ‘schoon, helder, blank’ (nld)

‘windward (in sailing)’ (eng); ‘loeven’ (nld)

‘goat’ (eng); ‘geit’ (nld)

‘carry in front of one's stomach’ (eng); ‘voor den buik dragen nt 2ᵉ en 3ᵉ ps. enk. en mv. gaboeiᶜ’ (nld)

‘fan palm’ (eng); ‘Livistonia rotundifolia Mart.’ (lat); ‘waaierpalm’ (nld)

‘iguana’ (eng); ‘leguaan’ (nld)

‘dry in the sun, air, tan’ (eng); ‘in de zon drogen, luchten, zonnen’ (nld)

‘separate, part, leave alone, take from each other’ (eng); ‘scheiden, afscheiden, laten staan, van elkaar halen’ (nld)

‘bag, sack, tobacco bag’ (eng); ‘tasch, zak, pruimtasch’ (nld)

‘rice scooper in the shape of a parrot’ (eng); ‘rijstschepper in den vorm van een pagaai’ (nld)

‘close’ (eng); ‘dichtbij doen zijn’ (nld)

‘fall out, loosen’ (eng); ‘eruit vallen, losraken’ (nld)

‘start, begin’ (eng); ‘aanvangen, beginnen’ (nld)

‘coconut grater’ (eng); ‘klapperrasp’ (nld)

‘inherit, heritage’ (eng); ‘erven, erfenis’ (nld)

‘gurgle’ (eng); ‘rochelen’ (nld)

‘arrive, arrive with’ (eng); ‘doen aankomen, aankomen met’ (nld)

‘make arrive’ (eng); ‘doen aankomen’ (nld)

‘coral stone’ (eng); ‘koraalsteen’ (nld)

‘type of big fish’ (eng); ‘tjakalang’ (max); ‘e.s. groote visch’ (nld)

‘bract’ (eng); ‘schutblad’ (nld)

‘climb, hand upwards’ (eng); ‘doen klimmen, naar boven aanreiken’ (nld)

‘make climb, reach upwards’ (eng); ‘doen klimmen, naar boven aanreiken’ (nld)

‘scar’ (eng); ‘litteeken’ (nld)

‘raft’ (eng); ‘vlot’ (nld)

‘wake up’ (eng); ‘wekken’ (nld)

‘wake, make rise’ (eng); ‘wekken, doen opstaan’ (nld)

‘dibble’ (eng); ‘pootstok’ (nld)

‘some’ (eng); ‘eenige, eenigen’ (nld)

‘enclosure’ (eng); ‘omwanding’ (nld)

‘wall, braid walling, walling’ (eng); ‘omwanden, een omwanding vlechten, omwanding’ (nld)

‘moveable, loose’ (eng); ‘beweegbaar, loszitten’ (nld)

‘make do the dishes’ (eng); ‘doen afwasschen’ (nld)

‘make do the dishes’ (eng); ‘doen afwasschen van vaatwerk’ (nld)

‘kapok, ceiba pentandra’ (eng); ‘Eriodendrum anfractuosum D.C.’ (lat); ‘kapok, kapokboom’ (nld)

‘eat’ (eng); ‘makan’ (ind); ‘eten’ (nld)

‘ladle (half a coconut shell)’ (eng); ‘potlepel (halve klapperdop)’ (nld)

‘pot ladle (made from a half coconut shell)’ (eng); ‘potlepel (van halve klapperdop gemaakt)’ (nld)

‘rich’ (eng); ‘rijk’ (nld)

‘medicine, medicate’ (eng); ‘geneesmiddel, medicijn, medicineeren’ (nld)

‘osprey, harrier’ (eng); ‘vischarend, kiekendief’ (nld)

‘there in the distance’ (eng); ‘dáár in de verte’ (nld)

‘wood, tree’ (eng); ‘hout, boom’ (nld)

‘brush in an aged garden’ (eng); ‘kreupelbosch van een verjaarde tuin’ (nld)

‘forest’ (eng); ‘bosch’ (nld)

‘plank’ (eng); ‘plank’ (nld)

‘dig in the ground’ (eng); ‘graven in den grond’ (nld)

‘older brother or sister’ (eng); ‘oudere broer of zuster’ (nld)

‘small bat’ (eng); ‘kleine vleermuis xv kakibi asoe’ (nld)

‘folktale, tale’ (eng); ‘volksverhaal, vertelling’ (nld)

‘rise, set up’ (eng); ‘doen opstaan, opzetten’ (nld)

‘musical instrument’ (eng); ‘muziekinstrumentje’ (nld)

‘poplar, butterfly’ (eng); ‘kapel, vlinder’ (nld)

‘hut in the forest’ (eng); ‘hut in het bosch’ (nld)

‘floor beams, round timber, on which the floor (falahoin) rests’ (eng); ‘vloerspanten, ronde houten, waarop de vloer (falahoin) rust’ (nld)

‘chest’ (eng); ‘borstvlakte’ (nld)

‘make it run away, run away with something’ (eng); ‘doen wegloopen, met iets aan den haal gaan’ (nld)

‘walk away, walk away with something, run off’ (eng); ‘doen wegloopen, met iets wegloopen, aan den haal gaan’ (nld)

‘jacket’ (eng); ‘baadje, kabaja, jasje’ (nld)

‘mirror image’ (eng); ‘spiegelbeeld’ (nld)

‘sovereign’ (eng); ‘vorst’ (nld)

‘leaf sheath of a sago palm’ (eng); ‘gaba-gaba’ (max); ‘bladsteel van den sagopalm’ (nld)

‘type of piramide shape fish trap (which is hand-held)’ (eng); ‘e.s. piramidaalvormige vischfuik (die in de hand gehouden wordt.)’ (nld)

‘right-handed, do everything with one's right hand’ (eng); ‘rechtsch zijn, alles met de rechterhand doen’ (nld)

‘right-handed, do everything with one's right hand’ (eng); ‘rechts zijn, alles rechts doen’ (nld)

‘left’ (eng); ‘linksch zijn’ (nld)

‘left-handed, do everything with one's left hand’ (eng); ‘links zijn, alles doen met de linker hand’ (nld)

‘load, take into a proa’ (eng); ‘laden, innemen in een prauw’ (nld)

‘edible sea crab’ (eng); ‘eetbare zeekrab’ (nld)

‘other, different’ (eng); ‘ander, anders’ (nld)

‘open one's eyes’ (eng); ‘oogen openen’ (nld)

‘hide something’ (eng); ‘iets verbergen’ (nld)

‘boil water’ (eng); ‘water opzetten, aan den kook brengen’ (nld)

‘put away, move’ (eng); ‘wegzetten, verplaatsen’ (nld)

‘centipede’ (eng); ‘duizendpoot’ (nld)

‘get out, loosen, release, redeem’ (eng); ‘er uit doen, losmaken, vrijgeven, verlossen’ (nld)

‘fishing line, fish with a fishing line’ (eng); ‘vischlijn, met de lijn visschen’ (nld)

‘very small red ant (sugar ant)’ (eng); ‘zeer kleine roode mier (suikermiertje)’ (nld)

‘shadow’ (eng); ‘schaduw’ (nld)

‘crab’ (eng); ‘krab’ (nld)

‘kill’ (eng); ‘dooden’ (nld)

‘cook something’ (eng); ‘iets koken’ (nld)

‘cook through = to cook’ (eng); ‘gaar doen worden = koken’ (nld)

pers pron. ‘first person plural exclusive, we, 1p excl’ (eng); ‘1ᵉ ps. mv. exclusief wij’ (nld)

‘mouse, rat’ (eng); ‘muis, rat’ (nld)

‘sigh’ (eng); ‘zuchten’ (nld)

‘bead (which are worn around the neck and arms), amulet’ (eng); ‘kralen (die om hals en armen gedragen worden), amulet’ (nld)

‘sieve, attached to the sink which is used to sieve sago flour’ (eng); ‘zeef, bevestigd aan den bak om het sagomeel te zeeven’ (nld)

‘sieve sink’ (eng); ‘zeefbak’ (nld)

‘mosquito’ (eng); ‘muskiet’ (nld)

‘concerning, about, to’ (eng); ‘betreffende, omtrent, naar’ (nld)

‘fall, throw off’ (eng); ‘doen vallen, afgooien’ (nld)

‘throw down, take off’ (eng); ‘naar beneden werpen, aflaten’ (nld)

‘name of a tree’ (eng); ‘Pterocarpus Indicus Willd.’ (lat); ‘naam van een boom’ (nld)

‘body’ (eng); ‘lichaam’ (nld)

‘know, able to’ (eng); ‘weten, kennen, kunnen’ (nld)

‘areng palm’ (eng); ‘Arenga saccharifera Labill.’ (lat); ‘arenpalm’ (nld)

‘millipede, roly poly’ (eng); ‘millioenpoot, oproller’ (nld)

‘food, meal’ (eng); ‘voedsel, spijze’ (nld)

‘food’ (eng); ‘voedsel, spijze’ (nld)

‘effort, care’ (eng); ‘moeite, zorg’ (nld)

‘strap made from tree fibres’ (eng); ‘draagbanden van boomvezels’ (nld)

‘plug, stopper’ (eng); ‘stop, prop’ (nld)

‘wound’ (eng); ‘wond’ (nld)

1. ‘descent, cease, lower’ (eng); ‘doen afdalen, aflaten, laten zakken’ (nld)

2. ‘bargain’ (eng); ‘afdingen’ (nld)

‘descent, take off, bargain’ (eng); ‘doen dalen, aflaten, afdingen’ (nld)

‘bathe, bathe a child’ (eng); ‘doen baden, een kind baden’ (nld)

‘bathe, bathe something or someone’ (eng); ‘doen baden, iets, iemand baden’ (nld)

‘cotton, tree cotton’ (eng); ‘Gossypium arboreum L.’ (lat); ‘katoen, katoenboom’ (nld)

‘ship’ (eng); ‘schip’ (nld)

‘light’ (eng); ‘aansteken’ (nld)

‘float off, float off on the current’ (eng); ‘doen wegdrijven, doen afdrijven in den stroom’ (nld)

‘float off’ (eng); ‘doen wegdrijven’ (nld)

‘split wood’ (eng); ‘doen splijten van hout’ (nld)

‘bat, drumstick’ (eng); ‘knuppel trommelstok’ (nld)

‘bat, drumstick’ (eng); ‘knuppel, trommelstok’ (nld)

‘breathe, suck, pant’ (eng); ‘doen ophalen van den adem, doen zuigen, hijgen’ (nld)

‘draw in breath, suck’ (eng); ‘doen ophalen van den adem, doen zuigen’ (nld)

‘break down’ (eng); ‘stukgaan’ (nld)

‘lips’ (eng); ‘lippen’ (nld)

‘split wood with a machine’ (eng); ‘doen splijten van hout met een werktuig’ (nld)

‘pigwhip’ (eng); ‘een varkenswip’ (nld)

‘big, black ant’ (eng); ‘groote, zwarte mier’ (nld)

‘paper’ (eng); ‘papier’ (nld)

‘type of common wood pigeon’ (eng); ‘e.s. boschduif’ (nld)

‘pen, cage’ (eng); ‘hok, kooi’ (nld)

‘gums’ (eng); ‘tandvleesch’ (nld)

‘first’ (eng); ‘de eerste’ (nld)

‘enter, come in’ (eng); ‘doen ingaan, doen inkomen’ (nld)

‘choke’ (eng); ‘zich verslikken’ (nld)

‘rafter’ (eng); ‘dakspar’ (nld)

‘create, bring forth, become, originate’ (eng); ‘scheppen, voortbrengen, doen worden, doen ontstaan’ (nld)

‘fly away, sail away’ (eng); ‘iets doen wegvliegen, met iets wegzeilen’ (nld)

‘make fly, make sail, fly away with something, sail away’ (eng); ‘doen vliegen, doen zeilen, met iets wegvliegen, wegzeilen’ (nld)

‘bring outside’ (eng); ‘naar buiten brengen’ (nld)

‘come out, bring outside’ (eng); ‘eruit doen gaan, naar buiten brengen’ (nld)

‘rumbling stomach, burp’ (eng); ‘rommelen in de maag, boeren laten’ (nld)

‘fiancé’ (eng); ‘verloofde’ (nld)

‘skewer, sticks made from bamboo, bamboo chopsticks used to eat food, stick in, prick in’ (eng); ‘prikker, stokjes van bamboe, bamboepennetjes om het voedsel tot zich te nemen doen insteken, inprikken’ (nld)

‘stick, insert’ (eng); ‘prikker, doen insteken’ (nld)

‘frame, framework of a basket or coop’ (eng); ‘opzet, geraamte van een mand of korf’ (nld)

‘wan’ (nld)

‘winnow’ (eng); ‘wan’ (nld)

‘corn’ (eng); ‘mais’ (nld)

‘scale’ (eng); ‘datjing, weegtoestel’ (nld)

‘orphan’ (eng); ‘wees’ (nld)

‘stop, end’ (eng); ‘doen ophouden, doen eindigen’ (nld)

‘oar’ (eng); ‘boom’ (nld)

‘tree, stick, as support for old people or to push forth a proa’ (eng); ‘boom, stok, als steun voor oude menschen of om een prauw te boomen’ (nld)

‘sea fish with a pointy mouth’ (eng); ‘Hamiramphus’ (lat); ‘een zeevischje met spitsen bek’ (nld)

‘weeping ru’ (eng); ‘Casuarina Rumphiana Miq.’ (lat)

‘make break down, make demolish’ (eng); ‘doen afbreken, doen sloopen’ (nld)

‘loose (not tightened secure enough)’ (eng); ‘los zitten (niet vast genoeg gebonden)’ (nld)

‘intoxicate (due to chewing intoxicating pinang or chewing tobacco)’ (eng); ‘bedwelmen (door het kauwen van bedwelmende pinang of door het sterke pruimen van tabak)’ (nld)

pers pron. ‘second person singular, you (polite form), 2s pol’ (eng); ‘2ᵉ ps. enk. u (beleefde vorm)’ (nld)

‘fool, bamboozle’ (eng); ‘voor den gek houden, er een loopje mee nemen’ (nld)

‘dig’ (eng); ‘graven’ (nld)

pers pron. ‘second person plural, you, 2p’ (eng); ‘2ᵉ ps. mv., gijlieden’ (nld)

‘fish’ (eng); ‘visch’ (nld)

‘chase off animals’ (eng); ‘wegjagen van beesten’ (nld)

‘fibres, which remain after squeezing out sago flour’ (eng); ‘vezels, die na het uitpersen van het sagomeel overblijven’ (nld)

‘squeezed out fibres’ (eng); ‘uitgeperste vezels’ (nld)

‘surprised’ (eng); ‘groote oogen opzetten’ (nld)

‘put away, put out of the way’ (eng); ‘wegzetten, uit den weg doen’ (nld)

‘side, part, opposite side’ (eng); ‘zij, kant, deel, overkant, overzijde’ (nld)

‘fingers, toes’ (eng); ‘vingers, teenen’ (nld)

‘middle finger’ (eng); ‘lange(middelste) vinger’ (nld)

‘file’ (eng); ‘vijl, vijlen’ (nld)

‘thumb’ (eng); ‘moedervinger duim’ (nld)

‘thumb’ (eng); ‘duim’ (nld)

‘index finger’ (eng); ‘wijsvinger’ (nld)

‘hop’ (eng); ‘henkelen’ (nld)

‘shellfish’ (eng); ‘schelpdier’ (nld)

‘raise from the water’ (eng); ‘ophalen uit het water’ (nld)

‘clasp, hold in one's hand, hold under one's armpit’ (eng); ‘inklemmen, vasthouden in de hand, vasthouden onder den oksel’ (nld)

‘blacksmith’ (eng); ‘smid’ (nld)

‘shut, close one's eyes’ (eng); ‘sluiten, dichtdoen van de oogen’ (nld)

‘squeeze with one's nails’ (eng); ‘knijpen met de nagels’ (nld)

pers pron. ‘first person plural inclusive, we, 1p incl’ (eng); ‘1ᵉ ps. mv. inclusief, wij’ (nld)

‘great-grandfather’ (eng); ‘overgrootvader’ (nld)

‘buffalo’ (eng); ‘buffel’ (nld)

‘grave, holy place’ (eng); ‘graf, heilige plaats’ (nld)

‘weed’ (eng); ‘wieden’ (nld)

‘vapor, mist on the mountains after rain’ (eng); ‘damp, mist op de bergen na regen’ (nld)

‘curl, peel’ (eng); ‘krul, schil’ (nld)

‘push of fruit upwards with a jolt’ (eng); ‘met een schok naar boven afstooten van vruchten enz.’ (nld)

‘ant’ (eng); ‘mier’ (nld)

‘dig, drill, pick’ (eng); ‘graven, boren, peuteren’ (nld)

‘skin, bark, peel, shell’ (eng); ‘huid, bast, schil, schelp’ (nld)

‘curcuma, yellow (colour)’ (eng); ‘curcuma, geel (kleur)’ (nld)

‘bind’ (eng); ‘Musa textilis Nee.’ (lat); ‘kofo’ (max); ‘binden’ (nld)

‘dirt’ (eng); ‘vuil’ (nld)

‘stand’ (eng); ‘staan’ (nld)

‘crumble, pick off a crust’ (eng); ‘afbrokkelen, brandkorst eraf halen’ (nld)

‘strong, powerful’ (eng); ‘sterk, krachtig’ (nld)

‘bite, sting, hurt’ (eng); ‘bijten, steken, zeer doen’ (nld)

‘trap to catch game’ (eng); ‘een strik om wild te vangen’ (nld)

‘pandan species’ (eng); ‘Pandanus humilis Rumph.’ (lat); ‘pandanussoort’ (nld)

‘aunt, sister of father or mother’ (eng); ‘tante, zuster van van vader of moeder’ (nld)

‘organise, arrange, lay in order’ (eng); ‘regelen, ordenen, goed leggen’ (nld)

‘box, pinang box’ (eng); ‘doos, pinangdoos’ (nld)

‘spirit (evil) of the people’ (eng); ‘geest (slechte) van den mensch’ (nld)

‘dew’ (eng); ‘dauw’ (nld)

‘bunch, bundle’ (eng); ‘bundel, bos’ (nld)

‘point, demonstrate’ (eng); ‘wijzen, aantoonen’ (nld)

pers pron. ‘second person singular, you, 2s’ (eng); ‘2ᵉ ps. enk., jij’ (nld)

‘wave’ (eng); ‘golf’ (nld)

‘sneeze’ (eng); ‘niezen’ (nld)

‘iron wire, copper wire’ (eng); ‘ijzerdraad, koperdraad’ (nld)

‘name of a shell’ (eng); ‘naam van een schelp’ (nld)

‘pull out, pluck (of feathers, a thorn in the meat, etc.)’ (eng); ‘uittrekken (van veeren, van een doorn in het vleesch enz.)’ (nld)

‘flame’ (eng); ‘vlammen’ (nld)

‘proa’ (eng); ‘prauw’ (nld)

‘singing tune’ (eng); ‘zangwijs’ (nld)

‘run, walk away, flee, abscond’ (eng); ‘hardloopen, wegloopen, vluchten, drossen’ (nld)

‘langsat’ (eng); ‘Lansium domesticum Jack.’ (lat); ‘langsat’ (nld)

‘sail of a proa’ (eng); ‘prauwzeil’ (nld)

‘word which serves to form multiples of ten’ (eng); ‘woord tot vorming van de veelvouden van tien’ (nld)

‘curtain, seperation’ (eng); ‘gordijn, afscheiding’ (nld)

‘iron point of a lance’ (eng); ‘ijzeren punt van een lans’ (nld)

‘fly’ (eng); ‘vlieg’ (nld)

‘blue bottle fly’ (eng); ‘bromvlieg’ (nld)

‘green blue bottle fly’ (eng); ‘groene bromvlieg’ (nld)

‘porpoise’ (eng); ‘bruinvisch’ (nld)

‘tortoise’ (eng); ‘landschildpad’ (nld)

‘lamp’ (eng); ‘lamp’ (nld)

‘curate, medicate (in a heathen manner)’ (eng); ‘cureeren, medicineeren (op heidensche wijze)’ (nld)

‘heaven’ (eng); ‘hemel’ (nld)

‘go, walk’ (eng); ‘gaan, loopen’ (nld)

‘crawling of children and adults’ (eng); ‘kruipen van kinderen en volwassenen’ (nld)