OUTOFPAPUA database: Lexicons of the West Papuan language area

van Dijk (2000): Central Masela

Original citation: van Dijk, Toos. 2000. Gouden eiland in de Bandazee. Socio-kosmische ideen op Marsela, Maluku Tenggara, Indonesie. PhD thesis, Leiden University.

Search entries

Total entries: 273
Headword IPA Glosses
af woworaf wowor

‘white, handspun cotton’; ‘witte, zelf gesponnen katoen’

alal

‘door, vagina’; ‘deur, vagina’

alownaalowna

‘coffin’; ‘kist (voor een dode)’

apaperwenyaapaperweɲa

‘eat the portions of two people, right to inherit the places of two people that is given to a man who has married into a family’; ‘eten van twee zitplaatsen, het recht op erfgoederen van twee zitplaatsen door een ingehuwde man’

arkearke

‘distilled palmwine’; ‘sopi’; ‘gedistilleerde palmwijn’

aryaarja

‘gift, alternative term for lulya ritual’; ‘geschenk, andere term voor het lulya ritueel’

ay(e)aj(e)

‘canoe’; ‘prauw’

aye eiliryeyaje eilirjej

‘stern (of a canoe)’; ‘achterkant van de prauw (formatie)’

aye wanyeyaje waɲej

‘bow (of a canoe)’; ‘voorkant van de prauw (formatie)’

ay(kun)aj(kun)

‘wood, trunk, tree’; ‘hout, stam, boom’

ayremmeajremme

‘above, top’; ‘boven’

bélosbélos

‘warrior’; ‘hondenkop, voorvechter’

cerkatʃerka

‘song that may only be sung by old men’; ‘lied dat slechts door oude mannen, in het bijzonder een oude tuan tanah mag worden gezongen’

cootʃoo

‘palmwine’; ‘palmwijn’

eirueiru

‘northeast, northeastern part of house or village’; ‘noordoost(en), noordoostelijk huis- of dorpsdeel’

eiwirkeiwirk

‘southwest, southwestern part of house or village’; ‘zuidwest(en), zuidwestelijk huis- of dorpsdeel’

èlaèla

‘k.o. palm tree’; ‘koli’; ‘Borassus sundaicus’; ‘palmboom’

èlè kurnyeyèlè kurɲej

‘water from the koli palm, that is the sap from the flowers’; ‘het water van de koli palm, dat wil zeggen het sap uit de bloeiaren’

èlmèreèlmère

‘k.o. palm tree’; ‘lontar’; ‘Corypha elata’; ‘palmboom’

èlorèlor

‘sea, seaside’; ‘zee(zijde)’

elwyèrelwjèr

‘rice’; ‘rijst’

emem

‘house, household’; ‘huis als fysieke constructie, de bewoners ervan’

emmey moirya lomonemmej moirja lomon

‘expression used when asking for a woman's hand in marriage’; ‘uitdrukking voor het vragen van een vrouw’

emteoniemteoni

‘contents of a house, inhabitants’; ‘inhoud van het huis, de bewoners’

ènènènèn

‘wind’; ‘wind’

ènèn rayéènèn rajé

‘land wind, north wind’; ‘wind van het land, noordenwind’

ènulyaènulja

‘eldest’; ‘oudste’

ènulya alkawryènulja alkawrj

‘eldest in the family’; ‘oudste van het huis’

eoneyrey nyèreonejrej ɲèr

‘they receive a part of the brideprice that was given at an earlier stage from the next generation’; ‘zij ontvangen een eerder geschonken deel van de bruidsprijs in de volgende generatie terug’

èraèra

‘land, landside’; ‘land(zijde)’

erkèsyéerkèsjé

‘make a mark (on the coffin of a dead person)’; ‘een teken maken (op de kist van de dode)’

erneerne

‘breath’; ‘adem’

etyetj

‘dog’; ‘hond’

èuly-èilmèulj-èilm

‘above and below, whole universe’; ‘boven en beneden, het gehele universum als een twee-eenheid’

eyéejé

‘trap’; ‘sero’; ‘fuik, gevormd door muurtjes’

éyè tooéjè too

‘ritual to calm the wind’; ‘ritueel om de wind te laten bedaren’

eymolyeyerejmoljejer

‘those who help get the brideprice together’; ‘zij die [de bruidsprijs] bijeen helpen brengen’

feiyafeija

‘youngest’; ‘jongste’

iksoè tiwèkilyèiksoè tiwèkiljè

‘ritual carried out before one goes to live in a house’; ‘cuci telor’; ‘ritueel uitgevoerd voor men overgaat tot bewoning van een huis’

ineènkayineènkaj

‘she gives birth, she calls’; ‘zij bevalt, zij roept’

inewengka okeineweŋka oke

‘bind the head’; ‘het hoofd ombinden’

inkukayinkukaj

‘even, full, complete’; ‘even, vol, compleet’

inmèkyèrinmèkjèr

‘she is dry, infertile’; ‘zij is droog, onvruchtbaar’

inmolinmol

‘he is dead’; ‘hij is dood’

inoca nenne (nente)inotʃa nenne (nente)

‘he gets a name for himself (ourselves)’; ‘hij maakt zijn (onze) naam bekend’

intalentointalento

‘he commits adultery’; ‘hij pleegt overspel’

inwucè nenne (nente)inwutʃè nenne (nente)

‘he gets a name for himself (ourselves)’; ‘hij maakt zijn (onze) naam (bekend)’

ipo nemkakeyipo nemkakej

‘have mutual respect’; ‘wederzijds eerbied hebben’

irèletirèlet

‘abortion’; ‘abortus’

irla kemèwrairla kemèwra

‘they (the pyamyoycèr) got to the tree with the shade’; ‘zij (de pyamyoycèr) gaan naar de boom, die schaduw geeft’

irla rèwaya opyakirla rèwaja opjak

‘they go ask the woman’; ‘zij gaan de vrouw vragen’

irrulotkayirrulotkaj

‘they elope’; ‘zij rennen weg, wegloop huwelijk’

itit

‘flesh, in plants the leaf part between the veins, contents: pulp, shell contents, body contents’; ‘vlees, bij planten bladgedeelte tussen de nerven, inhoud: vruchtvlees, inhoud schelp, inhoud lichaam’

karmeykarmej

‘Indigofera sp.’

kaweykawej

‘sword’; ‘zwaard’

kemkem

‘body’; ‘lichaam’

kerlulyakerlulja

‘ritual village center, wooden stake in ritual village center, probably meaning 'hard raised' or 'exalted spear'’; ‘rituele dorpscentrum, houten staak in rituele dorpscentrum, met als waarschijnlijke betekenis 'hard verheven' of 'verheven spies'’

kerre lotnakerre lotna

‘cut through the rattan’; ‘de rotan doorsnijden’

kewalekewale

‘strength’; ‘kracht’

kiprakipra

‘east’; ‘oosten’

kipre woy warke woykipre woj warke woj

‘seven years’; ‘zeven jaar’

kokkok

‘very long imported cloth of block printed cotton’; ‘basta’; ‘zeer lange, met blokdruk versierde katoenen importdoek’

konerkawykonerkawj

‘come to know, divination’; ‘te weten komen, divinatie’

kononyakonoɲa

‘story that is classified as fiction’; ‘verhaal dat men onder fictie rangschikt’

kopakopa

‘rattan basket in which common godds of a house are stored’; ‘rotan mand, waarin de gemeenschappelijke erfgoederen van het huis worden bewaard’

kopir korokopir koro

‘above and below, unity formed by Letlora and Liwier’; ‘boven en beneden, eenheid gevormd door resp. Letlora en Liwier’

kunkunnènnènnakunkunnènnènna

‘bake, roast’; ‘bakken en roosteren’

kunyekuɲe

‘top, tip’; ‘top, uiteinde’

kupir korokupir koro

‘above and below, unity formed by Letlora and Liwier’; ‘boven en beneden, eenheid gevormd door resp. Letlora en Liwier’

kupre korekupre kore

‘above and below, unity formed by Letlora and Liwier’; ‘boven en beneden, eenheid gevormd door resp. Letlora en Liwier’

lalke tarnelalke tarne

‘layered heaven’; ‘gelaagde hemel’

lalke taterwaylalke taterwaj

‘heaven consisting of seven layers’; ‘hemel bestaande uit zeven lagen’

lalke woylalke woj

‘seven heavens’; ‘zeven hemelen’

lariyèlarijè

‘wooden or bamboo stake in the village center’; ‘houten of bamboe staak in het dorpscentrum’

larlawnalarlawna

‘weeping fig’; ‘waringin’

lawnellawnalawnellawna

‘big’; ‘groot’

layririlajriri

‘wooden or bamboo stake in the village center’; ‘houten of bamboe staak in het dorpscentrum’

leklek

‘village’; ‘dorp’

lekeonilekeoni

‘contents of the village, villagers’; ‘inhoud van het dorp, de dorpsbewoners’

lekonnyiwrulekonɲiwru

‘middle of the village’; ‘midden van het dorp’

lekontunilekontuni

‘end of the village’; ‘uiteinde van het dorp’

leramneleramne

‘beneath, earth’; ‘beneden, aarde’

liklik

‘spit, spittle, saliva’; ‘speeksel’

likunlikènlikunlikèn

‘slander out of jealousy’; ‘kwaadsprekerij uit jaloersheid’

lilalila

‘cave’; ‘grot’

lilwalilwa

‘opening in the roof sheathing under the ridge beam end’; ‘opening in de dakbedekking onder het nokbalkuiteinde’

litkurylitkurj

‘semen’; ‘zaad van de man’

lolo

‘sun, day’; ‘zon, dag’

loiloi

‘canoe with one outrigger on the left, typical of canoes from the Babar archipelago’; ‘bero’; ‘kano met één uitlegger aan de linkerkant, typish voor kano's uit de Babar-archipel’

lolowahaylolowahaj

‘wild betel vine, overgrowth of ornoa’; ‘sirih hutan’; ‘wilde sirih, begroeiing van ornoa

loon illècenloon illètʃen

‘sun goes down’; ‘de zon gaat onder’

loon inèulcenloon inèultʃen

‘sun goes up’; ‘de zon gaat op’

loon inway wuwnekayloon inwaj wuwnekaj

‘12 noon’; ‘12 uur's middags’

loon norèway tyetyetloon norèwaj tjetjet

‘12 noon’; ‘12 uur's middags’

lorwaltlorwalt

‘reef, hot, dry time’; ‘rif, hete, droge tijd’

lotnon netnéyolotnon netnéjo

‘rattan has been cut, bond has been broken’; ‘de rotan is doorgekapt, de band is verbroken’

lukralukra

‘wall around a garden’; ‘muur rond een tuin’

lukullikènalukullikèna

‘slander out of jealousy’; ‘kwaadsprekerij uit jaloersheid’

lululylululj

‘commanded, forbidden, exalted, untouchable’; ‘pomali’; ‘geboden, verboden, verheven, onaantastbaar’

lulylulj

‘commanded, forbidden, exalted, untouchable’; ‘pomali’; ‘geboden, verboden, verheven, onaantastbaar’

lulyalulja

‘annual ritual that in pre-Christian times started in December and now starts on New Year's Day. Its purpose is the coming of the rain and the increase of all living things.’; ‘jaarlijks ritueel dat in pre-christelijke tijk in december begon en tegenwoordig op nieuwjaarsdag aanvangt. Doel ervan is de komst van de regen en vermeerdering van alles wat leeft.’

lurweylurwej

‘wall around the ritual village center’; ‘muurtje rond het rituele dorpscentrum’

luvyeluvje

‘common heritage of the house’; ‘gemeenschappelijke erfgoederen van het huis’

lyolyaljolja

‘custom, tradition’; ‘adat’

‘gold’; ‘goud’

Mènamèna

‘brightest star of the Pleiades constellation’; ‘helderste ster uit de constellatie van het zevengesternte’

mernornowurorraymernornowurorraj

‘rich, free man who is with the island, a rich man who is with the earth’; ‘tuan tanah’; ‘een rijk, vrij mens, die is met het eiland, een rijk mens, die is met de aarde’

mètèlmètèl

‘as of gold, Marselan name for Marsela’; ‘als van goud, Marselaanse benaming voor Marsela’

metoppelir mkèlirmetoppelir mkèlir

‘silent, not a skilled speaker’; ‘zwijger, geen vaardig spreker’

metymetj

‘sea ​​worm (probably of the Eunice species, belonging to the class of bristle worms), first period of the year according to a Marselan calendar’; ‘laur’; ‘Polychaeta’; ‘zeewormpje (waarschijnlijk van de Eunice soort, behorend tot de klasse van Polychaeta of borstelwormen), de eerste periode van het jaar volgens een Marselaanse kalender’

mèwon inwali lè wennimèwon inwali lè wenni

‘my gold [must] return to its place’; ‘mijn goud [moet] terug naar zijn plaats’

Mochrommotʃhrom

‘deity who is considered creator and lives in heaven’; ‘godheid, die als schepper wordt beschouwd en in de hemel woont’

monyontèr panetallèrmoɲontèr panetallèr

‘hot eyes’; ‘hete ogen’

mormyormormjor

‘live, grow’; ‘leven, groeien’

mutè mowatamutè mowata

‘one who usually speaks to the dead’; ‘iemand die gewoonlijk met de doden spreekt’

muyereinmujerein

‘champion’; ‘voorvechter’

muyerernyeymujererɲej

‘champion’; ‘voorvechter’

néapapnnéapapn

‘she is pregnant’; ‘zij is zwanger’

neiya tiwakyilneija tiwakjil

‘ritual for a wife of a Marselan man born outside Marsela, when she enters his village for the first time’; ‘ritueel voor een buiten Marsela geboren echtgenote van een Marselaanse man, wanneer zij voor de eerste maal diens dorp betreedt’

nèkuyanèkuja

‘party to conclude the construction of a house’; ‘slotfeest ter afsluiting van de bouw van een huis’

nennen

‘name’; ‘naam’

nényeynyeynnéɲejɲejn

‘ghost’; ‘spook’

nèrinèri

‘odd, incomplete’; ‘oneven, incompleet’

nèronwawnenèronwawne

‘level place, space within the walls of the ritual village center’; ‘effen plaats, ruimte binnen de ommuring van het rituele dorpscentrum’

neye murye haarneje murje haar

‘expression for to originate in western Maluku Tenggara’; ‘uitdrukking afkomstig van westelijk Maluku Tenggara’

nilay lewnanilaj lewna

‘big dance’; ‘seka besar’; ‘grote dans’

nilay ommyenneynilaj ommjennej

‘male dance’; ‘seka laki-laki’; ‘mannendans’

nilay opyakanilaj opjaka

‘female dance’; ‘seka perempuan’; ‘vrouwendans’

nmokyeytyènnmokjejtjèn

‘he is dead’; ‘hij is overleden’

no(a)no(a)

‘island, land’; ‘eiland, land’

nomorynomorj

‘land of the living’; ‘land van de levenden’

nomoynomoj

‘land of the dead’; ‘land van de doden’

nowululy lotètèmnowululj lotètèm

‘to go up (to tap), to go diving in the sea, expression for working elsewhere to earn an income’; ‘omhoog gaan (om te tappen), gaan duiken in zee, uitdrukking voor arbeid elders om zich een inkomen te verwerven’

nunè rèmolmyol turkyonnunè rèmolmjol turkjon

‘so that the line of descent does not disappear’; ‘opdat de afstammingslijn niet verdwijnt’

nunem tyoltol o hor aykunnunem tjoltol o hor ajkun

‘not place the stump and top part of the wood differently each time’; ‘plaats niet het stronk- en topgedeelte van het hout steeds anders’

nyépolaɲépola

‘bring or ask for goods during the women's dance (nilay opyaka), dance in which goods are requested and brought’; ‘goederen brengen of vragen om goederen tijdens de vrouwendans (nilay opyaka), dans waarin goederen worden gevraagd en gebracht’

nyépunyéarɲépuɲéar

‘offering consisting of seven components’; ‘offer bestaande uit zeven bestanddelen’

n(y)èrirnan(j)èrirna

‘make cold’; ‘koel of koud maken’

nyèryéɲèrjé

‘brideprice’; ‘bruidsprijs’

nyiwruɲiwru

‘middle, middlemost’; ‘midden, middelste’

nyopraɲopra

‘order the pyamyoycèr to bring something’; ‘aan de pyamyoycèr bevelen iets te brengen’

nyoryaɲorja

‘song’; ‘lied’

nyowona nèkury lorona nèwirɲowona nèkurj lorona nèwir

‘expression for blessing’; ‘uitdrukking voor zegen’

okok

‘head’; ‘hoofd’

olaola

‘small’; ‘klein’

omlyèwlyèwomljèwljèw

‘you keep going up’; ‘je gaat steeds omhoog’

omnènomnèn

‘wind bringing rain, monson’; ‘regenwind, moesson’

omnèn kipraomnèn kipra

‘east monsoon’; ‘oostmoesson’

omnèn warkeomnèn warke

‘west monsoon’; ‘westmoesson’

omnonomnon

‘rain’; ‘regen’

omnoynoytyènomnojnojtjèn

‘go down’; ‘je gaat steeds naar beneden’

onneonne

‘stump’; ‘stronk’

onnyon inwalyè wanonɲon inwaljè wan

‘stump is on the right’; ‘de stronk ligt aan de rechterkant’

opya woyopja woj

‘spirits that reside in large trees or groves near the water’; ‘geesten die in grote bomen of bosschages bij het water verblijven’

opyakon inwanekaylyè wenopjakon inwanekajljè wen

‘expression for the marrying of a Marsela man into the house of his wife (as on South Babar)’; ‘uitdrukking voor het inhuwen van een Marselaanse man in het huis van zijn vrouw (bijvoorbeeld op Zuid-Babar)’

oror

‘(in collocations) the one who is with, one who is the best exemplar of’; ‘(in samenstellingen) die is met, die is de voornaamste van’

oror

‘umbilical cord’; ‘navelstreng’

oraora

‘bamboo’; ‘bamboe’

oraora

‘navel, middle point, origin’; ‘pusat’; ‘navel, middelpunt, oorsprong’

orlek orrulorlek orrul

‘who is with the village, first resident of the village’; ‘tuan kampung’; ‘die is met het dorp, eerste bewoner van het dorp’

orlek orrunorlek orrun

‘who is with the village, first resident of the village’; ‘tuan kampung’; ‘die is met het dorp, eerste bewoner van het dorp’

orno(a)orno(a)

‘native resident(s), previously arrived immigrant’; ‘orang hutan’; ‘autochtone bewoner(s), eerder gearriveerde immigrant’

ornorayornoraj

‘autochthonous inhabitants’; ‘autochtone bewoner(s)’

oyoj

‘person, human’; ‘mens’

oy myoyoj mjoj

‘corpse, dead person’; ‘dode mens, dode’

oy myoya (h)èulyeyoj mjoja (h)èuljej

‘dead person who is above’; ‘dode die boven is’

oya molmyolcèroja molmjoltʃèr

‘people who are visible and then disappear again’; ‘mensen, die nu eens wel, dan weer niet zichtbaar zijn’

oyetwon mekkuojetwon mekku

‘witch’; ‘heks’

oyetwonontèrojetwonontèr

‘spirits which are related in the village of Ilbutung they are considered village founders’; ‘geesten, die zijn gerelateerd aan de autochtone bewoners, in het dorp Ilbutung worden zij als dorpsstichters beschouwd’

oymye nekor nekemnojmje nekor nekemn

‘midwife’; ‘vroedvrouw’

oymye nelinenorojmje nelinenor

‘competent speaker’; ‘vaardig spreker’

oymye nkunyenamojmje nkuɲenam

‘midwife’; ‘vroedvrouw’

pantipanti

‘hot’; ‘heet’

peirpeir

‘coconut palm’; ‘kokospalm’

pényèpéɲè

‘foreigner, immigrant who arrived later’; ‘pendatang’; ‘vreemdeling, later gearriveerde immigrant’

pinèwennipinèwenni

‘move to another place’; ‘naar een [andere] plaats verhuizen’

pipyepipje

‘goat’; ‘geit’

pora'aporaʔa

‘name in the literature on the Babar Islands and the more western islands of Maluku Tenggara for the annual ritual, performed to obtain rain and to increase all living things’; ‘benaming in de literatuur over de Babar-eilanden en de meer westelijk gelegen eilanden van Maluku Tenggara voor het jaarlijkse ritueel, uitgevoerd ter verkrijging van regen en ter vermeerdering van alles wat leeft’

porekeporeke

‘name in the literature on the Babar Islands and the more western islands of Maluku Tenggara for the annual ritual, performed to obtain rain and to increase all living things’; ‘benaming in de literatuur over de Babar-eilanden en de meer westelijk gelegen eilanden van Maluku Tenggara voor het jaarlijkse ritueel, uitgevoerd ter verkrijging van regen en ter vermeerdering van alles wat leeft’

porkaporka

‘name in the literature on the Babar Islands and the more western islands of Maluku Tenggara for the annual ritual, performed to obtain rain and to increase all living things’; ‘benaming in de literatuur over de Babar-eilanden en de meer westelijk gelegen eilanden van Maluku Tenggara voor het jaarlijkse ritueel, uitgevoerd ter verkrijging van regen en ter vermeerdering van alles wat leeft’

porrokporrok

‘name in the literature on the Babar Islands and the more western islands of Maluku Tenggara for the annual ritual, performed to obtain rain and to increase all living things’; ‘benaming in de literatuur over de Babar-eilanden en de meer westelijk gelegen eilanden van Maluku Tenggara voor het jaarlijkse ritueel, uitgevoerd ter verkrijging van regen en ter vermeerdering van alles wat leeft’

prayeyprajej

‘big drum’; ‘grote trom’

prinprin

‘cool, cold’; ‘koel, koud’

pririrnyonpririrɲon

‘cold’; ‘koelte, koude’

priwyen pnyèrwenpriwjen pɲèrwen

‘seat, standing place, name for each of the four living areas of the house when the social significance is emphasized, usually translated as 'seat', often called kamar 'room' in today's homes’; ‘tempat duduk’; ‘zitplaats, staanplaats, benaming voor elk van de vier woongedeelten van het huis wanner de sociale betekenis wordt benadrukt, doorgaans vertaald als 'zitplaats', in de tegenwoordige huizen vaak kamar 'kamer' genoemd’

proroa wanyéproroa waɲé

‘thunderstone’; ‘dondersteen’

pyamyoycèrpjamjojtʃèr

‘plural of pyamyoyo’; ‘meervoudsvorm van pyamyoyo

pyamyoyopjamjojo

‘sister of a brother who goes down, i.e. the woman who married out of home with her husband, children, grandchildren, great-grandchildren and any further generations’; ‘zuster van een broer die naar beneden gaat, dat wil zeggen de uit huis gehuwde vrouw met haar echtgenoot, kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen en eventuele verdere generaties’

ranneranne

‘south wing’; ‘zuidenwind’

rappeyrappej

‘arrows, hit with an arrow’; ‘pijlen, met pijlen treffen’

raréway (rawak)raréwaj (rawak)

‘weigh anchor, say goodbye to the ancestors at the end of the lulya ritual’; ‘het anker lichten, afscheid van de voorouders tot slot van het lulya ritueel’

rarkèrarkè

‘mark on the garden’; ‘merkteken op de tuin’

rayraj

‘earth’; ‘aarde’

ré mumumré mumum

‘black, dead blood’; ‘zwart, dood bloed’

ré woworré wowor

‘white blood’; ‘wit bloed’

reasrireasri

‘roast’; ‘roosteren’

rékéreyarérékérejaré

‘trials, usually coming from witches’; ‘percobaan’; ‘beproevingen, doorgaans afkomstig van heksen’

rèlèrawleyrèlèrawlej

‘use to jump back and forth seven times over someone who has just fallen from a tree and is still alive’; ‘gebruik om zeven maal heen en weer over iemand heen te springen, die juist uit een boom is gevallen en nog leeft’

rèlyon(a)rèljon(a)

‘festival of the dead’; ‘dodenfeest’

rène impesrène impes

‘good, beautiful, clean or fertile blood’; ‘goed, mooi, schoon of vruchtbaar bloed’

rènitèrrènitèr

‘life, stock, sometimes used to indicate compensation’; ‘leeftocht, voorraad, soms gebruikt om de tegenprestatie aan te duiden’

rèoèmoyekayrèoèmojekaj

‘way of the dead’; ‘de wijze van de dode’

rèpri emrèpri em

‘setting up the frame of the house’; ‘het opzetten van het geraamte van het huis’

rètiwya emrètiwja em

‘covering the roof of the house’; ‘het dekken van het dak van het huis’

retnèwey luwayenretnèwej luwajen

‘opening the coffin (of a woman)’; ‘het openen van de kist (van de vrouw)’

rètrètnirètrètni

‘oppression of him, pushing away the soul of the living by a dead one’; ‘ketindisan’; ‘onderdrukking van hem, wegdrukken van de ziel van de levende door een dode’

rorowenyaroroweɲa

‘chest of private goods’; ‘kist met privé erfgoederen’

roy(a)roj(a)

‘sarong’; ‘sarong’

roya lilèroja lilè

‘make a hole in the ear, pierce the earlobe’; ‘een gat maken in het oor, dat wil zeggen de oorlel doorsteken’

runrun

‘village’; ‘dorp’

runopyak loinyayrunopjak loiɲaj

‘canoe and a boat are like a woman’; ‘een kano en een prauw zijn als een vrouw’

ruyruj

‘rib, palmleaf nerve’; ‘rib, nerf van een blad’

sampayanansampajanan

‘earthenware pot in which the smaller gold ornaments are kept’; ‘aardewerken potje, waarin de kleinere gouden sieraden worden bewaard’

sitsit

‘cat’; ‘kat’

sosorenimnesosorenimne

‘file one's teeth’; ‘tanden vijlen’

sweraswera

‘young coconut leaf, part of wuwka erka’; ‘jong kokospalmblad, onderdeel van wuwka erka

swyoraswjora

‘young coconut leaf, part of wuwka erka’; ‘jong kokospalmblad, onderdeel van wuwka erka

tampariyeytamparijej

‘corruption of the Indonesian tahun baru 'new year', the ritual that begins on New Year's Day’; ‘verbastering van het Indonesische tahun baru 'nieuw jaar', het ritueel dat op nieuwjaarsdag begint’

tèatèa

‘tower of cooked red rice and green beans’; ‘toren van gekookte rode rijst en groene boontjes’

tèwytèwj

‘chicken’; ‘kip’

tmyèratmjèra

‘shadow, soul’; ‘schaduw, wezenlijke, permanente van dingen, ziel’

tmyèra inèheltaltmjèra inèheltal

‘soul jumps away’; ‘de ziel springt op/weg’

towtow

‘skin, bark, peel’; ‘huid, schors, schil’

towtownetowtowne

‘smell’; ‘geur’

tuyewetyeytujewetjej

‘history, myth about creation or origin’; ‘sejarah’; ‘geschiedenis, mythe over ontstaan of herkomst’

upup

‘ancestor’; ‘voorouder’

Uplerupler

‘Sun God, ancestor of the sun’; ‘voorouder (die van de) zon (afstamt), zonnegod’

Upler Rayawupler rajaw

‘term that is the opposite of Upler, just as the sun stands in opposition to earth, the opposite of’; ‘begrip dat de tegenstelling Upler als zon tegenover de aarde als echtgenote of de aarde als voorouders omvat’

upte memteupte memte

‘our great-grandparents our grandparents, ancestors’; ‘onze overgrootouders onze grootouders, voorouders’

utmarmarutmarmar

‘important goods’; ‘belangrijke erfgoederen’

wali wiriyonwali wirijon

‘leftside’; ‘linkerkant’

wanwan

‘right, for, in front of’; ‘rechts, voor, vooraan, voorop’

wanunyawanuɲa

‘Morinda bracteata’

warwar

‘loincloth’; ‘lendendoek’

warkewarke

‘west’; ‘westen’

warke twanwarke twan

‘arrival of the west monsoon, end of the year and beginning of new year’; ‘welkom aan de westmoesson, de westmoesson brengt overvloed, einde en begin van het nieuwe jaar’

watwat

‘stone, rock’; ‘steen’

watwat

‘woman’; ‘vrouw’

wattutyawattutja

‘nurse’; ‘voedster’

wawalyéywawaljéj

‘placenta’; ‘placenta’

wawyewawje

‘pig’; ‘varken’

wawye mnonoreywawje mnonorej

‘red pig, indigenous person’; ‘rood varken, autochtone bewoner’

wawyèlyawawjèlja

‘village wall’; ‘dorpsmuur’

wèkeyrwèlayéwèkejrwèlajé

‘[death, illness] at the hands of someone’; ‘perbuatan orang’; ‘[dood, ziekte] door toedoen van iemand’

welkeyawelkeja

‘dance using bamboo to make it rain’; ‘dans met bamboes om regen te vragen’

werawera

‘maize’; ‘maïs’

werke kaylwerke kajl

‘they weigh up, the em elders’; ‘zij wegen af, de em oudsten’

winirey rinèlyèrwinirej rinèljèr

‘very old language’; ‘zeer oude taal’

wiriwiri

‘left’; ‘links’

wiwtey lyè wanwiwtej ljè wan

‘anti-clockwise movement, movement to the right’; ‘naar rechts draaien’

wlayawlaja

‘basket for offerings to the ancestors that is hung in the attic of a houe’; ‘offermandje voor de voorouders, dat op de zolder van het huis hing’

wnereywnerej

‘menstruation blood’; ‘menstruatiebloed’

wneysyokawnejsjoka

‘dance in a row’; ‘seka lelana’; ‘dans in rijen’

wnyèkkuwnèoywɲèkkuwnèoj

‘wind coming from all directions’; ‘alle windrichtingen staan overeind, de kenteringstijd’

wnyeysokawɲejsoka

‘dance in a row’; ‘seka lelana’; ‘dans in rijen’

wolwol

‘moon’; ‘maan’

wollon inèpromkeywollon inèpromkej

‘last quarter of the moon’; ‘laatste kwartier’

wollon nèkèmkaywollon nèkèmkaj

‘full moon’; ‘volle maan’

wollon nyèrnyeywollon ɲèrɲej

‘waxing moon’; ‘wassende maan’

wolwollewolwolle

‘cover, clothes’; ‘omhulsel, kleding’

worwor

‘forest, hill’; ‘bos, heuvel’

worwor

‘whale’; ‘walvis’

wormaworma

‘place for whales’; ‘plaats van de walvis’

worreyworrej

‘gate’; ‘poort’

woywoj

‘seven’; ‘zeven’

wulyawulja

‘moon’; ‘maan’

wunyawuɲa

‘Pleiades’; ‘zevengesternte’

wuwka (bulka) erkawuwka (bulka) erka

‘frighten, wooden or bamboo stake with a young coconut palm leaf serving as a prohibition sign’; ‘vrees aanjagen, houten of bamboe staak met jong kokospalmblad dienend als verbodsteken’

wuwuyniwuwujni

‘joint’; ‘gewricht’

wuwyawuwja

‘bamboo trap’; ‘bamboe fuik’

wuwye eneywuwje enej

‘child of the trap, inner part’; ‘kind van de fuik, het binnengedeelte’

wuywuj

‘fruit’; ‘vrucht’

yana(n)jana(n)

‘small’; ‘klein’