Entry record from Fortgens (1921a): Taliabu
Page number: 74
loekoeiᶜ
• to sleep; to lie.slapen; liggen.
loekoeiᶜ bojang-bojangoliggen, zonder bedoeling om te slapen (bojang spelen)
loekoeiᶜ talengaiop den rug liggen
loekoeiᶜ tahodoeop den buik liggen
Note: Malay tidoer