Entry record from Fortgens (1921a): Taliabu
Page number: 68
kapoesoeiᶜ
• to breathe; to suck; to pant.doen ophalen van den adem; doen zuigen; hijgen.
kooe namaiᶜ gapoesoeiᶜje haalt je adem op, zuchten
Note: 2ᵉ en 3ᵉ ps. enk. en mv. gapoesoeiᶜ
See also: poesoeiᶜ